Een bericht uit Uganda van één van onze masterstudenten.
Door Renske den Uil.
… luidt de slogan van Mlisada, een project waar straatkinderen eten krijgen, kunnen douchen en de mogelijkheid hebben om muziek te leren spelen (zowel brassinstrumenten als gitaar, viool, piano en traditionele instrumenten zoals de adungu en de full set drums). Daarnaast biedt Mlisada onderdak aan zo’n tachtig voormalige straatkinderen, die dankzij Mlisada naar school kunnen en hier ook muziek leren maken. Mlisada is het project waar ik deze drie maanden een groot deel van mijn veldwerk doe. Waar ik begin januari nog baalde dat een groot deel van mijn onderzoeksvoorstel linea recta de prullenbak in kon, heb ik inmiddels een aangepaste focus, twee nieuwe projecten als case study en kan ik met recht zeggen dat ik hier, als een muziekliefhebbende antropoloog, mijn droomonderzoek doe.
Door Elizabeth Marteijn, mmv Monique van der Hoef Een ode aan dr Edien Bartels en 43 jaar onuitputtelijke inzet voor de antropologie aan de VU; daar ging eigenlijk het seminar Brandende kwesties: de relevatie van de antropologie voor de samenleving over. Langzaam druppelen de gasten binnen, familie, collega’s, vrienden en studenten, allen komen zij vrijdagmiddag 15 februari naar het Metropolitan gebouw waar van 14.00 uur tot 18.00 uur het afscheidsseminar van Edien Bartels plaatsvond. Omdat Bartels veel ‘brandende kwesties’ – conflicten met een culturele achtergrond – heeft onderzocht, is dit het thema van het seminar. Drie sprekers uit alle fasen van Bartels’ carrière hielden een voordracht en als kers op de taart legde Bartels het publiek nog eenmaal uit waarom antropologie het laboratorium is voor studie en onderzoek naar de wereld.
Door Leonie Timmer Tijdens de profileringruimte van de bachelor antropologie kregen wij als studenten de vrijheid om in het buitenland te gaan studeren of om stage te lopen. Het leek mij interessant om een stage in het buitenland te doen om zo ervaring op te doen in het veld. Mijn interesse ging uit naar mensenrechten en moderne slavernij. Met dit in mijn achterhoofd ben ik gaan zoeken naar passende organisaties voor een stage. Ook vertelde ik mensen in mijn omgeving dat ik op zoek was, en op een gegeven moment kwam de voorganger van mijn kerk met het voorstel om naar Singapore te gaan. Daar is een partnergemeente van de kerk gevestigd, in het red-light district in Geylang. Geylang is een buitenwijk van Singapore waar veel migranten wonen.
Door Maaike Matelski. De indrukwekkende documentaire Call me Kuchu volgt het leven en werk van de bekende Oegandese homorechten-activist David Kato tot aan zijn gewelddadige dood in januari 2011. ‘We vragen geen speciale behandeling, slechts dezelfde rechten als onze medemens’, zo luidt het pleidooi van de LGBT (lesbian, gay, bisexual & transgender) activisten.
Uit de film wordt duidelijk hoe eenzaam het gevecht is dat zij in Oeganda aangaan. Van de getoonde activisten had alleen Kato nog contact met zijn familie, en hij is nu dood, zo merkte journaliste Monique Samuel op in een nagesprek in bioscoop Kriterion. Vanuit Oeganda deed zij verslag voor onder andere de Volkskrant door middel van wat in de antropologie ‘participerende observatie’ zou heten. Hoewel duidelijk is dat LGBT rechten in een groot deel van Afrika en elders in de wereld te wensen over laten (zie artikel van collega Rhoda Woets), springt Oeganda eruit wat betreft openlijke en wijdverbreide haat jegens seksuele minderheden. Hoe meer de activisten zich manifesteren, hoe sneller de haat lijkt toe te nemen.
Volgens Samuel speelt de kerk ook in Oeganda een belangrijke rol bij het aanwakkeren van haat onder de bevolking. In de film trekt een scala aan opruiende kerkelijk leiders voorbij die zich verzetten tegen de ‘verloedering’ van de Oegandese samenleving, en homoseksuelen beschuldigen van het ‘besmetten’ van de jeugd met hun levensstijl, en zelfs van verkrachting. Over seksueel misbruik binnen de kerk wordt wijselijk gezwegen, en uit de film blijkt dat het vooral lesbiennes zijn die het slachtoffer worden van ‘corrigerende’ verkrachtingen, vaak door bekenden. De bisschop die in het in de film opneemt voor de LGBT gemeenschap wordt door de kerk per brief uit zijn ambt gezet.
Onderstaand artikel verscheen begin februari in de NRC naar aanleiding van de succesvolle bijeenkomst georganiseerd in het kader van het maandelijkse seminar Muslim World-Making van de afdeling Sociale en Culturele Antropologie.
Door Sheila Kammerman Nederlandse moslims worden religieuzer, concludeerde het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) eind vorig jaar in het rapport Moslim in Nederland. Van een voorzichtige trend naar secularisering, waargenomen in een SCP-rapport uit 2004, lijkt weinig meer over. Hoe het SCP dat weet? Moslims gaan vaker naar de moskee dan pakweg tien jaar geleden en bidden regelmatig. En veel moslims eten halal en doen aan de ramadan (vooral Marokkaanse en Somalische moslims). Op donderdag 31 januari debatteerden geïnteresseerden (waaronder veel moslims) aan de Vrije Universiteit in Amsterdam over het rapport. De vraag was: kun je die conclusies trekken op basis van een aantal vragen over religieuze gedragingen?
Het debat stond op scherp door de aandacht die het rapport in de media had gekregen: ‘Moskeeën zitten vol met jonge moslims’, interpreteerde RTL. En De Telegraaf: ‘Moskeebezoek geïntensiveerd onder jongeren’. Om daaraan toe te voegen: “De liberale, Nederlandstalige islam ebt weg.” De teneur van veel berichtgeving was: hoe religieuzer, hoe minder geïntegreerd. Dat verbaasde Mieke Maliepaard. Zij schreef het SCP-rapport samen met Mérove Gijsberts en legde voorafgaand aan het debat uit hoe ze de religiositeit van zo diverse groep als de ongeveer 825.000 moslims in Nederland heeft gemeten. Het rapport is gebaseerd op de antwoorden van ongeveer 5.300 moslims van Marokkaanse, Turkse, Irakese, Iraanse, Afghaanse en Somalische afkomst. Zij beantwoordden vragen over onder meer moskeebezoek, bidden, halal eten, meedoen aan de ramadan en het dragen van een hoofddoek. De vragenlijsten werden afgenomen door een enquêteur, die de vraag eventueel kon toelichten. “Zelfrapportage is de enige mogelijkheid bij dit soort onderzoek”, zegt Mieke Maliepaard. “We kunnen niet bij de moskee gaan posten om te zien hoe vaak mensen binnengaan.”
Vorige week ben ik terug gekomen van twee weken veldwerk in Jemen, het land dat ik als mijn tweede thuis beschouw. In de jaren negentig werkte ik hier zes jaar als ontwikkelingswerkster, en zowel mijn promotie-onderzoek als mijn post-doctorale onderzoek gingen over Jemen. In december 2009 was ik er voor het laatst, voornamelijk om vrienden en oud-collega’s op te zoeken. Tijdens dat verblijf deed een Nigeriaanse student een poging een Amerikaans vliegtuig op te blazen. Hij bleek als student Arabisch maandenlang in de Jemenitische hoofdstad Sana’a te hebben doorgebracht en door AQAP (al-Qaida in the Arabian Peninsula) te zijn getraind. De slechte naam die Jemen al jaren had als vrijhaven voor terroristen werd daardoor weer versterkt.
In de afgelopen drie jaar is de situatie er niet beter op geworden. In navolging van de revoluties in Tunesië en Egypte gingen jonge Jemenieten de straat op om het 33-jaar oude bewind van president Ali Abdullah Saleh omver te werpen, maar de vreedzame demonstraties werden met geweld neergeslagen. Saleh weigerde tot driemaal toe de macht over te dragen, en de chaos in het land nam toe. Ik volgde het nieuws op de voet, en was aan het begin van de revolutie hoopvol gestemd; eindelijk kwam er verandering in de neerwaartse spiraal waarin dit land zich sinds begin jaren negentig bevond. Maar mijn optimisme werd al snel de grond in geboord toen het geweld en de verdeeldheid in het land toenamen. Terwijl jong en oud, mannen en vrouwen, stamleiders en stedelingen, zij aan zij demonstreerden en “Change Square” in Sana’a in een permanent tentendorp veranderde, vond er op hoog niveau een machtsstrijd plaats. Belangrijke handlangers van Saleh, waaronder hoge legerofficieren, scheidden zich van hem af, en kozen de kant van de revolutionairen. Maar niet met de meest oprechte bedoelingen: eigenbelang stond voorop. Er vonden hevige gevechten plaats in Sana’a tussen de verschillende legereenheden en er werden veel onschuldige slachtoffers gemaakt.
By Rixt Vellenga. Acholi people have a profound relationship with the land; land is the epicenter of economic behavior in Acholiland, and is an indivisible part of the social fabric. It is essential for housing (most people reside in self-made mud-huts on their land) and it is the means of livelihood subsistence and food security. Spiritually, Acholi culture emphasized the importance of being buried on ancestral land; otherwise the deceased’s spirit will remain earthbound in an indeterminate state, unable to reach the afterlife, and forever haunting the deceased’s family.
Since 1986 the Acholi people in Northern Uganda have been heavily affected by the LRA rebel group of Joseph Kony and the NRA army of current President Museveni. Tens of thousands of people have been killed, tens of thousands children have been abducted. From the end of the 1990’s and beginning of 2000, all people in most parts of Acholi region were forced by the government to go to IDP camps (although most people already settled in trading centers, which became IDP camps later). People who refused, were killed by the NRA. The IDPs started to leave camps from 2008.
Anthropologists in Art presents: Neon Warszawski – Polish Neon, a photography exhibition on Socialist visual communication
By Ilona Karwinska & Krzysztof Wojciechowski
—
February 9th – March 16th @ WM GALLERY, Elandsgracht 35, 1016 TN, Amsterdam
OPENING: SAT. 9th OF FEBRUARY, 17.00-19.00
About the exhibition:
In 1957, at a conference in Czechoslovakia, Communist Party ideologues agreed that neon could be a way to reconcile the seemingly contradictory ideas of communism and consumerism in their ailing, state-run economies. The Polish Socialist Party, having created the state-run company ‘Reklama’, throughout the 1960’s and 70’s, recruited prominent artists and designers to bring about a transformation through light, playfully modifying the uniformity of the grey, drab socialist skyline. “Neon Warszawski – Polish Neon” shows the photographs of two Polish artists, photographer and Neon Muzeum director Ilona Karwi?ska and independent photographer Krzysztof Wojciechowski, whose photographs of old school Polish neon signs adorn the walls of WM Gallery. Both artists present the exquisitely designed neons from the 60’s, 70’s and 80’s from different perspectives. Whereas Karwi?ska’s photographs present the signs from a more ‘documentary’ point of view, due to her efforts of rescuing the old signage from disintegration and anonymity, Wojciechowski’s black and white photographs from the 1970’s show us night-time Warsaw as it must have been; glum, dark and deserted, enlivened only by the fanciful rectangles and curls of Poland’s premier designers in light. Visit the official webpage HERE.
Recent publiceerde Jared Diamond een nogal controversieel boek over inheemse volkeren. Onderstaand een kritische recensie.
Door Stephen Corry, Survival International (vertaling van Gerlof van der Werf) Eigenlijk zou ik dit een goed boek moeten vinden. Ik heb al tientallen jaren beweerd dat we van inheemse stammen kunnen leren, en dat lijkt de belangrijkste boodschap van Jared Diamonds nieuwe populairwetenschappelijke boek, De Wereld tot Gisteren. Maar is het dat wel?
Diamond heeft een lijst bedacht van praktische zaken die we zouden moeten leren van ‘traditionele’ samenlevingen, en dat is allemaal goed en wel, maar weinig hiervan lijkt bijzonder nieuw of radicaal. Hij gelooft dat ‘wij’ ons meer moeten inspannen om criminelen weer op het rechte pad te brengen, dat we moeten proberen om hen te rehabiliteren en niet louter te straffen. Hij vindt dat we vaker onze baby’s moeten dragen, en dat we ze met het gezicht naar voren moeten vervoeren (wat nogal vreemd is omdat dit tegenwoordig bij de meeste kinderwagens en babydragers al het geval is). Hij pleit voor meer waardering van ouderen … en presenteert nog veel meer soortgelijke adviezen. Tegen deze ‘zelfhulp’ gedeelten van het boek kun je weinig bezwaar maken, en hier en daar zetten ze je wel aan het denken, maar het is moeilijk in te zien wat voor reëel effect ze zouden kunnen hebben op rijke westerlingen of overheden.
This website uses cookies to improve your experience. We'll assume you're ok with this, but you can opt-out if you wish. Cookie settingsACCEPT
Privacy & Cookies Policy
Privacy Overview
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these cookies, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may have an effect on your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.