Skip to content

Antropologie: een kansloze discipline?

Ram Kumar - Unemployed Graduates (1956) Salem Library

Door Herbert Ploegman Ik ben op zoek naar werk. Werk waarvoor je betaald wordt; om van te leven. En zo zit ik na inmiddels een periode van solliciteren aan de tafel van een ‘werkcoach’. Dat is een vrouw van een bureau dat lijntjes heeft met de arbeidsmarkt en zij weet hoe je ‘ergens komt’. Ze bekijkt mijn cv, en zegt: “antropologie, leuk hoor, maar ik zal je uit de droom helpen: je hebt er niets aan”. Dan herstelt ze zich: “of misschien toont het diploma enkel aan dat je wat breder kunt kijken”. Ik knik begrijpend, maar zie ondertussen twee jaar prestatie en inhoudelijke studie van het bordje in de prullenbak geschoven worden. Dit is het geluid dat je links en rechts hoort: antropologie als kansloze discipline. Het heeft geen toegevoegde waarde, zo stelt ook deze dame. “En zeker nú”, voegt ze toe. Het is 2012 en het is malaise. Maar is antropologie werkelijk kansloos? Als ik naar mijn bankrekening kijk zou ik het haast gaan denken. Maar wat heb ik ook alweer gedaan, de afgelopen twee jaar? En waarvoor?

Ik herinner me nog de eerste colleges, waarin Engelstalig jargon me om de oren vliegt: agency, endogamy, rites of passage. De woorden grijnzen me aan als een klassieke wilde: fascinerend maar toch ook beangstigend. Ga ik dit wel snappen? Enkele maanden en wat inspirerende collegereeksen later kan ik al heel wat beter uitleggen waar het om draait in de antropologie: het is een geschiedenis aan pogingen om te begrijpen waarom mensen doen zoals ze doen, en hoe ze met macht en middelen zin geven aan hun bestaan. Weer een jaar later, met een master als een snelkookpan achter de rug, heb ik geleerd korte heldere argumenten te schrijven. Ook heb ik geleerd onderzoek te doen vanuit de empirie: zoals het zich om me heen aandient. Ik kan dit verbinden met dat wat anderen er al over hebben gezegd, en er een standpunt over innemen. Ik, de bijna-master, die de grootheden der academie aanspreek op de kieren in hun argumentatie. En het lukt: ik ploeter, ik groei en ik kom boven!

En nu? Nu zit ik daar te kijken met ogen die ideologische structuren kunnen traceren. En ik kan (leren) snappen hoe mannen en vrouwen, Turken en Armeniërs, of zieken en gezonden de verhalen over hun leven volhouden met alle mogelijke middelen die ze bezitten. Ook als dat betekent dat ze delen van zichzelf of de ander daardoor niet kunnen accepteren of moeten onderdrukken. Zo zit ik aan de tafel van die ‘werkcoach’ en zij legt mij haarfijn uit hoe ‘het’ zit, “en zeker nú”.

Als ze dit zegt besef ik hoe ik in ideologische structuren ben opgenomen. Deze instantie, de tafel met computer, de stoel voor de adviseur en die voor de werkzoekende, ze helpen allen mee om me te overtuigen dat de werkelijkheid zo in elkaar zit. En met het magische ‘nú’ bezweert deze vrouw als een ware sjamaan een realiteit op mij, die de meerwaarde van antropologie voor mijn arbeidsleven uitsluit.

Tijdens mijn studie heb ik mij twee jaar lang blootgesteld aan andere verhalen en een andere werkelijkheid. Eén waarin aan waarden andere dan economische bestaansrecht wordt verleend. Niet zomaar omdat het leuk is, maar omdat het merendeel van de wereld bestaat uit zulke andere waarden. En logisch: de antropologische discipline heeft ook haar voeten aan de koude Hollandse grond, met beperkte budgetten en een limiet aan arbeidsplaatsen. Maar ondertussen is het zich gaan vastzetten in mijn hoofd en in mijn lijf: ik kan niet meer geloven dat deze twee jaren antropologie geen meerwaarde vormen voor mij, in welke context dan ook. Of blijf ik daarmee, hoe koud en nat Holland ook, zo’n idealistische roepende in de woestijn?

Herbert Ploegman studeerde in 2011 af als antropoloog aan de VU en deed onderzoek naar kleding en mannelijkheid onder Marokkaans-Nederlandse jongens in Amsterdam. Momenteel oriënteert hij zich op arbeidsmarkt en academische onderzoeksplaatsen.

11 Comments

  1. Evelien Evelien

    Mooi artikel, herkenbaar ook. Als afgestudeerde antropoloog heb ik ook een aantal maanden tevergeefs naar een relevante baan gezocht. Uiteindelijk tot de conclusie gekomen dat dat in de huidige tijden te moeilijk haalbaar was en eieren voor mijn geld gekozen. Mijn tip is: ook in een baan die op het eerste gezicht weinig antropologisch is is het mogelijk de door jou geleerde en bestudeerde zaken in de praktijk te brengen. Bij het bedrijf waar ik nu werk stellen ze mijn antropologische inzichten zelfs erg op prijs. Zo doe ik nuttige praktische werkervaring op die ik hopelijk later in een échte antropologische baan nog eens kan gebruiken. Veel succes met zoeken en met het maken van keuzes!

    • Vader Jacob Vader Jacob

      Beste Evelien,
      In wat voor richting heb jij nu een baan?
      Mijn dochter heeft haar master CA vorig jaar behaald en heeft nog niets gevonden, dat op haar studie aansluit. Ze doet nu MBO-werk om geld te verdienen. Dus, voor de statistieken is ze niet werkloos, maar het voelt wel zo. Het “wat nu”-gevoel is dringend.

      • Evelien Evelien

        Beste Vader Jacob,

        Excuus voor de trage reactie. Jammer dat uw dochter op dit moment niet op het door haar gewenste niveau kan werken. In wat voor richting is zijn afgestudeerd, m.a.w. waarin heeft zij zich gespecialiseerd? Ik denk dat het namelijk wat uitmaakt of je als antropoloog onderzoek hebt gedaan naar pak hem beet de huwelijksrituelen op Papua Nieuw Guinea of naar een meer maatschappelijk relevant / praktisch thema waar bedrijven eventueel ook toepasbaar nut in zien (hoewel beiden uiteraard interessant zijn, de antropologie is natuurlijk juist aantrekkelijk vanwege het oneindig aantal obscure culturele praktijken waar onderzoek naar gedaan kan worden maar veel van deze onderwerpen zijn met het oog op een latere carrière alleen geschikt indien je een academische loopbaan ambieert).

        Op het moment dat ik mijn vorige reactie schreef, werkte ik in de recruitment (medische sector). Op het eerste gezicht dus niet echt antropologisch, maar heb bepaalde inzichten uit mijn studie toch wel kunnen toepassen. En ondertussen heb ik een baan gevonden die perfect aansluit op het antropologisch veldwerk dat ik tijdens mijn master heb gedaan. Zo zie je maar, het kan verkeren! Blijf zoeken, rondkijken, en vooral rondvragen en probeer je kennis en ervaring goed te presenteren: veel bedrijven weten gewoon niet waarom een antropoloog van grote waarde van ze kan zijn. Mijn tip voor uw dochter is om onder woorden te leren brengen wat haar specifieke kennis juist zo waardevol maakt, zodat ze dit potentiële werkgevers ook kan laten inzien.

  2. While I sympathize with Herbert’s plight, this is not actually a bad time for for anthropologists on the job market. Design companies, consultancies, market research agencies ands so on are all hiring. Look, for example, at anthrodesign.com. Not that this is a huge market, but anthropology is “in”, at the moment. Generally, though, you need a master’s degree. The idea of three-year bachelor’s degrees is probably not a very good one in general.

  3. Anouska Anouska

    Als antropoloog zijn er inderdaad ook heel wat interessante processen te bezien in de Nederlandse arbeidsmarkt. Ook ik heb me de afgelopen jaren verbaasd over het imago (of eigenlijk een interessante diversiteit aan beelden) gekoppeld aan de studie antropologie en hoe weinig er daadwerkelijk om antropologen gevraagd wordt in banen die in de rest van de tekst schreeuwen om de visie en kunde van een antropoloog.

    Ook ik heb enkele keren een arbeidscoach mogen bezoeken, echter alweer enkele jaren na mijn afstuderen. Hoewel het beeld nog steeds heerst, dat je met antropologie niets bereikt anders dan werkloosheid, viel mij op dat om een goede werkcoach te kunnen zijn, je volgens mij nog steeds het best antropologie gestudeerd kunt hebben. En dat geld ook voor veel andere banen met een soort van mediator/ liaison functie. Een antropoloog weet namelijk als geen ander zowel belangrijke details te herkennen in de persoon tegenover zich als van die persoon een holistisch beeld te vormen. Daar komt nog bij dat de antropoloog ziet/ kan doorgronden hoe deze persoon in al zijn/ haar facetten staat in zijn/ haar context en welke contexten er nog meer zijn waar deze persoon goed in zou passen.

    Echter, antropologen zijn helaas ook onderdeel van de eigen context en raken soms verstrikt in het imago van de antropoloog. Antropologen zoekende op de arbeidsmarkt wil ik graag herinneren aan de colleges over identiteit en dan vooral het stukje over “identificatie met”. Diep dit breed uit voor jezelf (op detail en holistisch) en zie hoeveel overeenkomsten er opeens zijn met allerlei verschillende vacatures.

    Overtuig vervolgens niet alleen jezelf van je eigen kunnen, maar ook alle anderen om je heen. Culturele zingeving verandert maar langzaam, maar als alle antropologen aan een ander beeld werken over antropologie, dan zal het ons zeker lukken.

  4. Ton Salman Ton Salman

    Beste Herbert,
    1) Je ‘werkcoach’ moet volgens mij een andere job kiezen, of een studie antropologie volgen. Tot dan, lijkt ze me niet goed gekwalificeerd voor haar baan.
    2) In tegenstelling tot de (te) breed gedeelde impressie, gaat het antropologen op de arbeidsmarkt vaak helemaal niet zo slecht. Volgens een onderzoek dat ik enkele jaren geleden las (ik heb de bron niet meer bij de hand) verklaart 70 á 80%, 3 jaar na het afstuderen, een betrekking te hebben gevonden waarin de antropologische kennis floreert en wordt gewaardeerd.
    3) Een probleem is echter wel dat ‘antropologie’ geen erkend werkveld of reguliere functie is. Een ‘bedrijfsadministrateur’, een ‘communicatiewetenschapper’ en een ‘psycholoog’ kunnen, met een duidelijk label op hun voorhoofd, gericht zoeken en (h)erkend solliciteren. Antropologen kunnen dat niet. Die moeten als ze zichzelf aanbieden, tegelijkertijd zichzelf uitleggen. In de sfeer van “u weet niet wat u mist, tot u het (mij) hebt”. Da’s een extra hindernis, maar tegelijkertijd, hoop ik, zijn juist antropologen in staat om de brug te slaan naar die cultuur waarin men de antropologie vooralsnog ‘ignoreert’.
    4) Laten we onszelf nóóit onderschatten. We hebben overzicht- en abstractievermogen, het vermogen zelfstandig academisch te kunnen werken, sensibiliteit voor cultuur, culturele verschillen en culturele gevoeligheden, we hebben didactische kwaliteiten, (kwalitatieve) onderzoeksexpertise, het vermogen communicatieve barrières te slechten, en we zijn getraind in empathie en schrijfvaardigheid. We hebben ‘interculturele onderhandelings-kunde’. We hebben vaak bijzondere talenkennis en niet zelden specialistische kennis op het gebied van regio’s, landen, volkeren, minderheidsgroepen, materiële cultuur, religies, cultuurgeschiedenissen, en wat dies meer zij. We hebben leren schrijven: we kunnen hoofdlijnen weergeven, helder en gestructureerd schrijven, we hebben het vermogen illustratieve anecdotes te gebruiken om onderliggende problemen toe te lichten, we hebben inlevingsvermogen en flexibiliteit, het vermogen ook non-verbale cultuurdimensies te registreren en te integreren in werkactiviteiten, en we hebben het talent cultuursensibiliteit om te zetten in tact. Klinkt dit alles een beetje te zelfingenomen? Misschien – maar we mogen het inzetten omdat er geen kant-en-klaar werkterrein voor ons klaarligt.
    5) Antropologen zijn de ‘expats’ in het internationale bedrijfsleven, ze zijn de trainers voor deze expats, ze zijn de personeelsmanagers in zulke bedrijven, en de breinen achter slimme campagne- en marketingontwerpen. Ze zijn ministeriële beleidsmedewerkers, de ontwerpers van voorlichtingscampagnes, de straathoekwerkers, de medewerkers bij immigratiediensten en -hulpverleners, leraren en studieadviseurs, internationaliseringsmedewerkers, de draaiende-houders van moeilijke gemeentelijke diensten, museummedewerkers en -onderzoekers, en diplomaten. Ze zijn ontwerpers, uitvoerders en evaluatie-deskundigen van ontwikkelingsprojecten, adviseurs bij vredesmissies, ze behoren tot de staf van de EU, de OESO en hun vele onderafdelingen, of van de VN, UNESCO, UNICEF, ILO, en alle andere VN-organisaties, van IMF, WB, en zelfs van niet-Nederlandse ontwikkelingsministeries. Zij werken bij stichtingen, verenigingen en comités op de gebieden van milieu, maatschappijopbouw, onderwijs, training en beroepsoriëntatie, jeugd- en jongerenwerk, sociaal-raadswerk, en de woningbouwcorporaties. Daarnaast werken antropologen in zieken- en verpleegtehuizen, de ouderenzorg en het gevangeniswezen, niet in de laatste plaats omdat ook hier de multiculturele samenleving zich doet gelden, en werken zij met de zogenaamde ‘zelforganisaties’ van minderheden, bijvoorbeeld in ‘brugfuncties’ naar de Nederlandse overheid. Antropologen zijn ook gesignaleerd bij de wetenschappelijke bureaus van politieke partijen, bij fondsen die gelden ter beschikking stellen voor onderzoeks- en maatschappelijk werk, bij ideëele publiekscampagne-organisaties, in de vakbeweging als beleidsmedewerkers en cursus-docenten (bijvoorbeeld voor ondernemingsraads-leden en vakbonds-kader), en in de volwasseneneducatie. In de televisie- en radio-wereld werken antropologen vooral in de research-secties voor nieuwsuitzendingen en documentaires. Maar er zijn ook script-schrijvers en script-schrijver-adviseurs. In de thema-journalistiek zijn antropologen werkzaam bij de vele bladen en magazines die de ‘Derde Wereld’ en/of ontwikkelingsvraagstukken tot hun onderwerp rekenen, maar ook bij bladen die publiceren op terreinen als heemkunde, en lokale en regionale geschiedenis en folklore. En er is nog véél meer!
    6) Antropologen, ten slotte, hebben een beetje gevoeligheid en begrip voor de grillen van Vrouwe Fortuna. En weten dat Zij de antropologen, uiteindelijk, meestal goed gezind is. Zet ‘m op, Herbert!

  5. Willem Willem

    Wat dacht je van de wereld van de criminaliteit (veiligheid, leefbaarheid en maatschappelijke integriteit). Volgens mij hoef ik niet aan te halen dat veel vormen van criminaliteit cultureel gevormd zijn. Politieorganistaties weten nog te weinig om te gaan met nieuwkomers in de criminaliteit. Ik zie het als taak van de (stads)socioloog en de antropoloog dat te duiden en te adviseren. Verder hebben organisaties als de AIVD ook behoefte aan analisten. (Mits je door het veiligheidsonderzoek komt uiteraard en ik kan je verzekeren die is streng)
    Antropologie is zeker geen waardoloze studie.

  6. Herbert Ploegman Herbert Ploegman

    Dank nog allen, voor de reacties! Nog geen concrete resultaten op werk-gebied, al ben ik momenteel wel onder de pannen. Ik ben benieuwd naar de toekomst. Voor nu is de studie sowieso erg waardevol als referentiekader.

  7. […] op 19 februari 2012 wel 3567 keer bekeken is, zou het samenhangen met de intrigerende titel: Antropologie een kansloze discipline? De recent afgestudeerde Herbert Ploegman beschrijft hoe zijn werkcoach beweert dat je in deze tijd […]

  8. Roxanna Roxanna

    Geschreven in 2012, maar nog steeds al te herkenbaar. Maar ondanks dat ‘wanhopige’ gevoel dat ik van alles maar toch ook niks met Antropologie kan, ben ik héél blij dat ik het heb gestudeerd, het heeft voor mijzelf ontzéttend veel waarde gehad en ik weet 100% zeker dat Antropologie een hele grote waarde heeft/kan hebben in de wereld, of deze waarde nou letterlijk omgezet kan worden in geld of niet. Elke iets minder zwart-witte kijk op de wereld is al van toegevoegde waarde, als je het mij vraagt. “en zeker nú.”

Leave a Reply to Evelien Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *