Skip to content

Dooi in Myanmar?

Door Maaike Benders In het doorgaans vrij gesloten Myanmar (ook bekend als Birma) vinden momenteel interessante politieke ontwikkelingen plaats. Twee beslissingen vielen afgelopen maanden het meest op: een groot damproject, waar door China al aanzienlijk in geïnvesteerd was, werd stopgezet, naar verluidt vanwege weerstand vanuit de bevolking. Enkele weken later werd de vrijlating van meer dan 6000 gevangenen in gang gezet, waaronder circa 200 van de geschatte 2000 politieke gevangen (exacte gegevens zijn, vanwege gebrek aan onafhankelijke berichtgeving, niet voorhanden).

“Birmese lente: die vergelijking gaat mank”

Deze ontwikkelingen roepen verschillende reacties op. De Association for Southeast Asian Nations beloonde de ontwikkelingen in Myanmar met het voorzitterschap voor 2014. Ook veel westerse media zien de start van een nieuwe lijn door de regering die sinds begin dit jaar aan de macht is. De VS spreken van ‘winds of change’, en kondigden recentelijk aan dat hun minister van buitenlandse zaken voor het eerst in vijftig jaar het land zal bezoeken. Nederlandse media spreken van ‘dooi’, of zelfs ‘Birmese lente’. Vooral die laatste vergelijking gaat mank, want voor zover de veranderingen al structureel te noemen zijn, komen ze toch duidelijk van bovenaf, in tegenstelling tot de ‘Arabische lente’. 

Vanuit lobbygroepen in Thailand en Amerika gaan nu geregeld nieuwsberichten uit die wijzen op de voortdurende misstanden. Waarschijnlijk is men bang dat deze voorzichtige ontwikkelingen worden aangegrepen voor het normaliseren van internationale betrekkingen, en dat de regering hiervan handig gebruik zal maken om het imago te verbeteren, terwijl de meest prangende items op de agenda’s van activisten nog niet zijn opgelost: veel grote commerciële projecten worden gewoon voortgezet ten koste van de bevolking, de meerderheid van de politieke gevangen zit nog vast, en in de grensgebieden wordt nog steeds gevochten.

Toch zijn er meer aanwijzingen voor verandering. De overheid richtte een mensenrechten commissie op, er werd gesproken over afschaffen van censuur en vakbonden zouden weer worden toegestaan. Voormalig oppositieleidster Aung San Suu Kyi, die een jaar geleden werd vrijgelaten uit huisarrest, spreekt inmiddels met nationale en internationale politici, en ook met de media. In een interview met BBC kondigde ze aan dat haar partij NLD zich zou registreren voor deelname aan nieuwe tussentijdse verkiezingen.

Ook was het interessant om te horen dat een aantal bekende dissidenten in ballingschap de laatste tijd het land bezocht. Dit volgt op een uitspraak van de nieuwe president, die dissidenten liet weten dat zij zonder problemen naar huis konden komen. De schijn dat deze mensen zijn ‘uitgenodigd’ leverde weer allerlei geruchten op over dubbele agenda’s, maar het is de vraag in hoeverre dat terecht is. Afgunst en achterklap komen immers ook onder Birmese dissidenten voor.

Er is natuurlijk een verschil tussen vrijheid nemen en vrijheid krijgen, en de regering kan op elk moment weer aan de rem trekken, maar de ontwikkelingen zijn opvallend, en voor velen ook bemoedigend. Na een aantal mislukte opstanden geloven veel mensen inmiddels alleen nog in geleidelijke verandering van binnenuit. Niettemin werd onlangs het eerste monnikenprotest sinds de grootschalige demonstraties van 2007 georganiseerd. Er lijkt dus sprake van voorzichtige verandering, maar de meningen blijven verdeeld over de vraag hoe, en in hoeverre, de regering onder druk gezet moet worden. Wellicht is het juist de combinatie van beloning en druk (‘carrots & sticks’) die uiteindelijk succesvol zal blijken.

Maaike Benders werkt als promovenda op de Afdeling Sociale en Culturele Antropologie van de VU.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *