Skip to content

Een vastendag in islamitische stijl

Goede doelen steunen is voor moslims bijzonder aanbevelenswaardig tijdens de Ramadan.

Door Maarten Deprez

Zoals aangekondigd, volgt hier een update over mijn Ramadan-belevenissen. Begin september ben ik van anti-participerende observatie overgegaan op het van dichtbij meeleven met mijn Islamitische buurtgenoten hier in Amsterdam West, die mijn experiment over het algemeen erg positief ontvangen. Een Turkse verkoper, bijvoorbeeld, was zo enthousiast dat hij me korting gaf toen ik dadels wilde kopen en het exemplaar weigerde dat hij me toestak om te proberen. “Dan proef je hoe avondeten echt smaakt”, merkte hij op.

Aan dat avondeten komen we pas later toe, want in dit bericht neem ik je mee, vanaf heel vroeg ‘s ochtends, naar de theorie en praktijk van een typische Ramadan-dag. Mijn eigen ervaringen zal ik daartoe aanvullen met die van een Marokkaanse medestudente, Amal, die verslag uitbrengt vanuit de ervaring in haar familie. Om vier uur ‘s nachts opstaan… 

…de eerste dagen kon ik het niet opbrengen, maar dankzij de sociale energie in mijn woonbuurt, lukt het nu wel. Het is trouwens niet zo’n slecht idee van God om zijn mensen op dit onmenselijk uur te wekken, want als je, in navolging van de Profeet, wat eet ‘s morgens, sta je de rest van de dag wat steviger op je benen.

Ook het gezin van Amal wordt (half)wakker, neemt een klein ontbijt van thee en broodjes — waarbij de slaperigheid meestal groter is dan de behoefte aan voedsel —, en kruipt, na het tandenpoetsen, weer lekker in bed voor een kort vervolg van de nacht.

Behalve dat er niet wordt gegeten en gedronken en er nog een aantal taboes gerespecteerd worden, is er weinig nieuws onder de zon. Het verlichte deel van de dag verloopt grotendeels zoals andere dagen, al zorgen het voedsel- en slaapgebrek soms voor een energieloos of slaperig gevoel.

Aan de positieve kant maakt het vasten een mens rustiger en geduldiger, en is Ramadan, bovenal, een maand waarin moslims zich meer dan anders op het geloof concentreren. Mijn huisgenoten houden zich strikter aan de vijf dagelijkse gebedstijden, er vallen meer hoofddoeken te bespeuren in het straatbeeld, en op publieke plaatsen laat het zich merken dat het betonen van hulpvaardigheid — altijd een islamitische deugd — in deze tijd extra hoog aangeschreven staat.

‘s Avond begint de keuken te gonzen van activiteit, om tegen etenstijd — momenteel even na acht uur — allerlei gerechten af te leveren. Alvorens de vasten te verbreken met een dadel en, op z’n Marokkaans, lauwe melk of, op z’n Afghaans, een glas water, wordt een Islamitische smeekbede, een dua, gericht aan Allah, waarin hem wordt gevraagd de vasten te accepteren — een overgangsmarkering die ik instinctief miste toen me nog geen deskundige gidsen ter beschikking stonden.

Vervolgens vallen we — in feite niet te uitbundig, op een lege maag — aan op het hoofdmaal. Bij Amal staat de Marokkaanse soep harira steevast als eerste op het menu, gevolgd door lichte hapjes als pannenkoeken, thee, melk en sap, gemengd met geestelijk voedsel — live­beelden van het avondgebed in Mekka — dat door een op de achtergrond spelende Saoedische televisiezender tot Amsterdam gebracht wordt. Bij mij thuis wordt de destarchan (het tafellaken) gevuld met de gewone (vaak stevige) Afghaanse warme gerechten, maar dan — zelfs als er geen bezoek is — met meer variatie, ondanks het uitblijven van de in Afghanistan gebruikelijke gerechtenuitwisselingen.

Wanneer het eten achter de kiezen is, volgt men, thuis of in de moskee, het voorbeeld van de Mekka’ers. Tijdens het collectieve gebed is de samenhorigheid nu heel groot, omdat iedereen met hetzelfde bezig is.

Tegen de tijd dat dat achter de rug is, is het helemaal donker geworden, en drink ik met mijn Afghaanse vrienden, onder studie- of andere activiteiten, groene thee en knabbelen we gedroogde vruchten. Ondanks de energie-opstoot van het eten, doen we ons best om op tijd te gaan slapen, want de volgende ochtend is het weer vroeg dag.

Tot aan het Suikerfeest op 20 september blijven de dagen ongeveer verlopen zoals hierboven beschreven, maar kijk volgende week ook uit naar nieuwe berichten, want vier van mijn eerstejaars medestudenten hebben beloofd verslag te doen van de publieke Iftar-maaltijd waaraan ze zullen deelnemen.

Maarten Deprez is student Sociale en Culturele Antropologie aan de VU.

De auteur schreef eerder voor dit weblog over het begin van de ramadan en globalisering en ziekten.

Voor achtergrondinformatie over de ramadan kun je je richten tot het uitstekende werk van antropologe Marjo Buitelaar: Vasten en feesten in Marokko en Islam en het dagelijks leven.

5 Comments

  1. Ah, je bent dus toch gaan vasten! Waar ik nu wel nieuwsgierig naar ben: hoe reageert je familie erop? Zoals eerder gezegd, verwacht ik: niet gekker dan wanneer je iets aan de Veertigdagentijd zou gaan doen. Klopt dat?

    • maartendeprez maartendeprez

      Jazeker, en vandaag is de laatste vastendag. Morgen houden we een groot feest.

      Aan mijn familie heb ik niet veel bijzonders gemerkt 🙂 Ze zijn wel gewoon dat ik soms “rare” dingen doe en hebben mijn Ramadan-vasten eenvoudigweg geaccepteerd zonder er aandacht aan te schenken.

      De Christelijke vasten heeft in mijn sociale omgeving altijd weinig betekenis gehad – hoogstens ging het erom dat er niet (of minder) moest worden gesnoept. Misschien zou mijn familie het nog vreemder vinden als ik ineens een “echte” veertigdaagse vastentijd die naam waardig zou willen beleven – en ikzelf ook eigenlijk – want er is zo goed als niets dat me daartoe zou kunnen aanzetten. De Ramadan daarentegen, is hier in Amsterdam West alom aanwezig.

      Zonder het uit te proberen kan ik je natuurlijk niet op een verantwoorde manier antwoord geven omtrent de reactie van mijn familie. De commentaren die we nu op deze blog aan het plaatsen zijn, zijn overigens van invloed op de onderzoekssetting 🙂

  2. “Misschien zou mijn familie het nog vreemder vinden als ik ineens een “echte” veertigdaagse vastentijd die naam waardig zou willen beleven – en ikzelf ook eigenlijk – want er is zo goed als niets dat me daartoe zou kunnen aanzetten. De Ramadan daarentegen, is hier in Amsterdam West alom aanwezig.

    Mijn familie vond het heel raar toen ik voor het eerst iets aan de Veertigdagentijd deed (en dan wel strenger dan het gewone ‘snoepgebeuren’). Ik kan me best voorstellen dat de alomtegenwoordigheid van het vasten een aardige steun is. Ik moet het helaas zonder doen. Maar mijn motivatie is er toch – aangezien ik een jaar of vijf geleden gelovig ben geworden (daarvoor kon heel het fenomeen religie me sowieso niets bommen). Al zou er geen mens op de wereld vasten of bidden of aandacht besteden aan het lijden en sterven van Jezus, dan zou ik het nog doen (al zou het dan wel weer een stuk moeilijker worden, grif toegegeven).

    De commentaren die we nu op deze blog aan het plaatsen zijn, zijn overigens van invloed op de onderzoekssetting
    Ik hoop dat ik je onderzoek niet verpest heb 😀

    Veel plezier op het Suikerfeest! 🙂

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *