Skip to content

Steeds meer betalen voor minder

De oorzaak van de studentenprotesten

 

Foto van bezetting afgelopen week in Amsterdam

 

Door gastauteur Max van Lingen (m.m.v. Donya Alinejad)

De boodschap van de studenten die de afgelopen week collegezalen in Rotterdam, Nijmegen, Utrecht en Amsterdam bezetten was helder: 1)  Schaf de studiefinanciering niet af, want daarmee schaadt je de toegankelijkheid van het hoger onderwijs, 2) Investeer in de kwaliteit van het hoger onderwijs, want dat is goed voor de samenleving.

Het is niet voor niets dat juist nu studenten in actie komen. De voorgenomen bezuinigingen van maar liefst 20% op onderwijs zijn de laatste in een lange reeks. Sinds de jaren ’80 wordt er permanent bezuinigd op hogescholen en universiteiten. Daartegenover staat dat de gemiddelde student er het afgelopen jaar op achteruit is gegaan: het collegegeld is verhoogd, de studiefinanciering bevroren en de tweede studie dreigt ook ten onder te gaan. Tegelijkertijd is het onderwijs massaler geworden en is er minder tijd voor persoonlijke begeleiding.

Ik heb zelf meegedaan aan de bezetting van de Universiteit van Amsterdam. Daar heb ik de voorzitter van het College van Bestuur, Karel van der Toorn, horen zeggen hoe belangrijk de toegankelijkheid van het hoger onderwijs is, maar tegelijkertijd dat de kwaliteit wat hem betreft belangrijker is. Op een hardere toon beweerde de voorzitter van het College van Bestuur, René Smit, afgelopen donderdag min of meer hetzelfe tijdens een door de studentenbond van de Vrije Universiteit (SRVU) georganiseerde bijeenkomst.

Smit, tevens lid van de regeringspartij CDA, is hiermee slechts de representant van de manier waarop velen aan de top de bezuinigingen goedpraten: Het is nu eenmaal crisis en dus moet er bezuinigd worden op alle terreinen. Binnen het onderwijs mag de kwaliteit niet geraakt worden en dus moet de toegankelijkheid sneuvelen. Om vervolgens de tegenstanders van deze logica ervan te betichten de kwaliteit van het onderwijs niet serieus te nemen.

Dat de media met name de eisen betreffende de basisbeurs overnam, terwijl de universiteitsbesturen het alleen over kwaliteit wilden hebben neemt niet weg dat de studenten zelf duidelijk vinden dat zowel de toegankelijkheid als de kwaliteit van het hoger onderwijs omhoog moeten. Ze betwijfelen echter of er uberhaupt moet worden bezuinigd op onderwijs en of er juist niet zou moeten worden geinvesteerd in het onderwijs, zoals in Duitsland en de Scandinavische landen gebeurt.

Het belang van hoger onderwijs gaat verder dan het behalen van een diploma. Voor mensen die uit lagere sociaal-economische klassen afkomstig zijn is het vaak de enige mogelijkheid om zich op te werken binnen de samenleving. Afschaffing van de studiefinanciering zal voor die groepen alleen maar een extra barriëre opwerpen, terwijl het vooruitzicht op een flinke schuld ook andere studenten zal beïnvloeden in hun studiekeuze.

De afgelopen decennia is er door de overheid al genoeg bezuinigd op het hoger onderwijs, het resultaat is een verslechterde situatie op de universiteit voor zowel studenten als het personeel. Op dit moment gebruiken overheid en universiteitsbesturen de kwaliteit van het onderwijs als stok om de studenten mee te slaan. Als we deze valse tegenstelling tussen kwaliteit en toegankelijkheid niet als geheel afwijzen is er straks niemand meer over om les aan te geven.

Max van Lingen is student sociale geschiedenis aan de UvA.

Donya Alinejad is promovenda aan de afdeling sociale en culturele antropologie van de VU. Zij schreef eerder over de aardbeving in Haiti en over de verkiezingen in Iran van 2009.

De website van het comité dat de acties uitvoerde is http://www.studentendemonstratie.nl/. Volgende week is er een bijeenkomst over “Hoe nu verder“.

3 Comments

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *