Skip to content

Tag: koerdistan

“Er blijft ons niets over:” Yezidi’s in kamp Singar in Diyarbakır

Tent met kinderen in Yezidi kamp Diyarbak?r, © Marije Koudstaal
Tent met kinderen in Yezidi kamp Diyarbak?r, © Marije Koudstaal

Door Edien Bartels en Trudie Visser, foto’s Marije Koudstaal     Op 8 april 2015 meldden de media dat er in Irak meer dan 200 Yezidi’s zijn vrijgelaten door IS, vooral ouderen. Yezidi’s zijn een Koerdisch religieuze minderheid met een eigen syncretistische religie, waarin elementen uit de islam, het christendom en het zoroastrisme (een oude ‘dualistische’ religie uit Perzië). Afgelopen zomer, 3 augustus, vluchtten er binnen een week duizenden Yezidi’s omdat hun dorpen door IS ingenomen werden. Ze worden door IS als duivelaanbidders gezien en daarom vervolgd. Naar schatting van de Yezidi verpleger van kamp Singar in Diyarbak?r woonden er in de regio Singar 500.000 Yezidi’s. Door de aanvallen van IS zijn meer dan 3000 mensen vermoord. Veel ouderen en kinderen zijn omgekomen door honger en dorst, en meisjes en vrouwen, naar schatting 4500, zijn weggevoerd als oorlogsbuit om seksslavinnen te worden (voor meer exacte cijfers, zie De Correspondent van 24 december 2014).

Sommigen zijn erin geslaagd te ontsnappen. De IS strijders kwamen vanuit het zuiden de berg op. De dorpelingen die als eerste werden overvallen, belden naar de andere dorpen zodat er een grote stroom vluchtelingen op gang kwam, de berg op. In de haast en paniek die uitbrak zijn er duizenden kinderen en ouderen kwijtgeraakt. Dat gebeurde in heel korte tijd. Vooral de Yezidi’s die de Singar berg op vluchtten, kwamen in het nieuws. Op die berg zijn ze uiteindelijk in november ontzet via een doorgang gemaakt door een gecombineerde actie van de Koerdische PKK en de peshmerga, en daarna zijn ze naar kampen gebracht in Noord-Irak en in het oosten van Turkije, nabij de grens.

3 Comments

Koerden in Den Haag: “Ik word gek, ik moet demonstreren”

Koerden demonstreren tegen de aanvallen van IS op de Koerden in Syrië

Door Emine Igdi. Afgelopen vrijdag, 10 oktober, komt voor de zoveelste keer een groep Koerden in Den Haag bijeen om te demonstreren tegen de aanvallen van IS (Islamitische Staat) op de Koerden in Syrië. Ik loop naast een Koerdisch-Nederlandse jongeman van begin 20. Ik ken hem al van de tijd dat hij nog naar de basisschool ging. Wij woonden in dezelfde buurt en ik paste af en toe op hem en zijn broertje. Zijn ouders hebben nooit in Koerdistan gewoond, hij evenmin. Het verbaast me om hem daar te zien, terwijl hij in collegebanken had moeten zitten. Naar aanleiding van mijn vraag wat hij daar doet, zei hij: “Iedereen die tegen IS is, moet hier zijn.” “Want”, zo vervolgt hij, “IS pleegt gruwelijke daden tegen de mensheid. Mijn betrokkenheid komt niet voort uit het feit dat ik een Koerd ben. Ik zou ook demonstreren als IS een ander volk had aangevallen. Ik ben tegen IS.” Hij wil er met zijn aanwezigheid voor zorgen dat er aandacht is voor de door IS belegerde Koerdische stad Kobani (een Koerdische stad in Syrië), zodat de Koerdische strijders in het verzet internationale ondersteuning krijgen. Een andere betoger (49 jaar oud) zei: “Het gaat de Koerden niet lukken om een relatief groter en moderner leger van IS tegen te houden. De Koerden hebben weinig wapens en die wapens zijn ook oud.”

Leave a Comment