Skip to content

Antropologie en Wikileaks


by smemon87

Door Oscar Salemink Antropologen vertellen waargebeurde verhalen, vaak over erg persoonlijke zaken, en soms vinden de mensen over wie die verhalen gaan dat niet leuk, en proberen zij publicatie te stoppen. In zijn artikel Anti-social anthropology? vertelt David Mosse (JRAI 2006) hoe betrokkenen zijn etnografie van een hulpprogramma in India probeerden te blokkeren – gelukkig tevergeefs. Soms vinden ook niet-betrokkenen de verhalen van antropologen niet leuk. In Vietnam moet ik doorlopend koorddansen tussen wat daar wel en niet openlijk gezegd mag worden, vooral als ik daar presentaties houd of publiceer. Dat koorddansen lukt mij doorgaans goed – zo goed dat vrienden daar mij weten te vinden om een verhaal te houden om een debat te forceren over een onderwerp dat om politieke redenen taboe is, maar dat ik als buitenstaander gemakkelijker kan aanroeren.

Soms levert dat beschuldigingen op van conservatieven dat ik voor de CIA werk of zo, maar dat is doorgaans van tijdelijke aard. De keerzijde van de medaille is dat ik ervan uit moet gaan dat alles dat ik schrijf bekend is bij de veiligheidsdiensten die de ‘grenzen van het betamelijke’ moeten bewaken in dat dictatoriaal geregeerde land waar bijna dagelijks mensenrechtenschendingen worden gerapporteerd. Omdat al mijn e-mails e.d. worden gelezen is mijn eigen filosofie dat hoe meer “zij” over mij weten hoe beter dat voor mij is. Geen profesionele geheimen dus, want hoe minder context bij de (e-mail) tekst, hoe meer er over mij gefantaseerd kan worden.  Dat laat onverlet dat ik sommige “interne” discussies met vrienden en bekenden ook liever intern wil houden, en niet in de openbaarheid wil gooien – anders gaat de lol van het roddelen er al gauw af.

De huidige Wikileaks onthullingen lijken een beetje op de ‘waargebeurde verhalen’ die antropologen vertellen (of ‘lekken’?), maar dan op het niveau van politieke ‘celebrities’: diplomaten die vinden dat koning A een sexmaniak is en president B een flapdrol; die bevestigen dat regimes die al lang te boek staan als corrupt, dat ook zijn, enz. Werkelijk interessant aan de ‘Wikileaks affaire’ zijn niet zozeer de onthullingen zelf, maar de reacties van de (westerse) regeringen daarop. Die reacties lijken erg op wat David Mosse overkwam: morele appèls, zwartmaken, publicatie proberen tegen te houden, (dreigen met) rechtszaken, enz.

Ik geloof graag dat Julien Assange van Wikileaks een onaangenaam persoon is, maar het is al te toevallig dat een eerder al door de Zweedse justitie van tafel geveegde aanklacht van sexueel misbruik opnieuw van stal is gehaald en op het moment suprême van de onthullingen met een internationale dagvaarding door Interpol wordt opgetuigd. En ondanks de ontkenningen van zowel bedrijven als regeringen kan het evenmin toeval zijn dat tegelijkertijd alle betrokken financiële en internetbedrijven de banden met Wikileaks doorsnijden, met de bedoeling om Wikileaks een zachte dood te laten sterven. Deze reacties geven haarfijn aan waar de ‘grenzen van het betamelijke’ liggen in onze ‘vrije westerse wereld’. Geen wonder dat uit Rusland en China – doorgaans het mikpunt van mensenrechtenbeschuldigingen – nu honende geluiden komen, en terecht. Wat mij nog het meest verbaast is dat deze pogingen om Wikileaks onderuit te halen zo kritiekloos worden weergegeven in ‘onze’ media.

Blijkbaar zijn wij minder vrij dan wij denken. We hebben de keuze tussen de consumptie van product A en product B, en tussen politieke partij X en partij Y, maar de grenzen van onze vrijheid worden scherp bewaakt. Wat Wikileaks duidelijk maakt is dat bij overschrijding van die grenzen geen middel wordt geschuwd om de klokkenluider monddood te maken dan wel te straffen. Wat deze affaire ook duidelijk maakt is dat justitie veel meer gepolitiseerd is dan we denken (maar daar ging Stieg Larssons Millennium trilogie ook al over), dat de ‘vrije markt’ minder vrij is dan we denken maar zich vrijwillig onderwerpt aan politieke belangen, dat de media weinig aan openbaarheid hechten. Het verschil met ‘echte’ dictaturen als Vietnam en China (waar je niet kunt kiezen tussen Partij X en Y) is dat mensen daar niet zo naief zijn om te denken dat ze vrij zijn, of om te geloven wat er in de krant staat.

Wat Assange kan overkomen, kan ook antropologen overkomen als wij verhalen vertellen die gevestigde belangen liever geheim zouden houden. In Vietnam weet ik waar ik aan toe ben, want het is een dictatuur. In Engeland knokte David Mosse terug en publiceerde zijn monografie, maar betaalde een hoge persoonlijke prijs. De vraag is wat voor antropologie wij willen beoefenen, in wat voor wereld. Misschien zouden antropologen hier een radicalere keuze moeten maken, al was het uit verlicht eigenbelang.

Oscar Salemink is hoogleraar op de afdeling Sociale en Culturele Antropologie aan de VU. Onlangs verscheen van hem op Standplaats Wereld ‘Holland Days in Tainan,’  ‘Hollandse blues en de Taipei Times’ en ‘Hoe dicht bij huis zit de rot? Over corruptie ver weg en dichtbij’.

Zie ook de lezing van Joris Luyendijk over leaks als politiek instrument in Nederland.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *