Skip to content

Antropologiestudent in de kerk

Door Zeger Polhuijs De afgelopen maanden heb ik een onderzoek gedaan in een rooms-katholieke kerk in Amsterdam Nieuw-West. Veel studiegenoten vulden hun ‘profileringsruimte’ in met een half jaar stage of studie in landen als Engeland, Spanje, Marokko, Zuid-Afrika, Brazilië, Peru, of Canada. Ik ging in de Lucaskerk naar diensten, at mee bij ‘open lunches’ in de ontmoetingsruimte, haalde oude foto’s van het internet, maakte korte praatjes met kerkgangers of hield uitgebreide interviews, bezocht bijbel- en katechismusavonden, leerde  nieuwe liederen, en dronk heel, heel veel koffie.

Deze onderzoeksstage was een eerste ervaring met zelfstandig onderzoek, onder begeleiding van het Meertens instituut. In het instituut werkte ik mee in het project ‘hedendaagse feestcultuur in Nederland’. De invulling van feest en ritueel in de Lucaskerk was mijn onderwerp. Het individueel ontwerpen en uitvoeren van onderzoek was niet alleen een nieuwe onderzoekservaring, het gaf me ook de kans meer na te denken over mijn activiteiten en manieren als cultureel antropoloog. Hoe deed ik ‘veldwerk’ in de Lucaskerk en hoe presenteerde ik mezelf daar? Wat waren de relaties tussen de dienst waar ik in deelnam, de universiteit waar ik ’s middags mijn aantekeningen uitwerkte, en de christelijke studentenvereniging waar ik ’s avonds (en ’s nachts) actief was? Hoe speelden thema’s vanuit de onderzoeksstage en mijn eigen religieuze overwegingen  en interesses een rol, en was dat goed en behulpzaam voor het onderzoek of juist niet?

In de tijd dat de bekende antropoloog Peter Versteeg onderzoek deed in de evangelische ’Vineyard’ kerk in Utrecht, was hij zelf ook evangelisch. Een andere situatie dan de mijne: ik ben christen, maar niet rooms-katholiek. Toch zijn Versteeg’s inzichten voor mij ook leerzaam geweest. Volgens hem is antropologisch veldwerk altijd ook een persoonlijke zoektocht, en al zegt hij duidelijk dat zijn boek niet over zijn zoektocht maar over de ‘Vineyard’ kerk, speelt het persoonlijke element wel duidelijk een rol in zijn verslag. Veldwerk is voor hem met empathie deelnemen in de belevingswereld van, in dit geval, kerkgangers. Tegelijkertijd is het ook nodig kritisch afstand te nemen. Zo kan de onderzoeker veel leren over hoe mensen denken en zich voelen, en tegelijkertijd onderzoeken wat de achtergronden van dit denken en voelen zijn.

Antropologe Kirin Narayan schrijft in haar artikel ‘How Native is a “Native” Anthropologist?’ dat antropologen nooit helemaal ‘insider’ of helemaal ‘outsider’ zijn. Degenen die dicht bij de onderzochte mensen staan of tot dezelfde groep behoren, behoren namelijk ook tot andere groepen, zoals de academische gemeenschap, en hebben andere houdingen dan hun groepsgenoten, door bijvoorbeeld de afstandelijke houding van de onderzoeker die zaken ook in een ander perspectief ziet. Tegelijkertijd wordt een ‘outsider’ antropoloog tijdens het veldwerk een beetje meer ‘insider’ dan daarvoor, door te delen in ervaringen, door zich gebruiken eigen te maken, en door van eerder gekoesterde gedachten te veranderen. ‘Insider’ en ‘outsider’ zijn bewegingen en lopen door elkaar heen.

Ik ben evangelisch. Tegelijkertijd stak ik in de Lucaskerk eens een kaarsje aan bij het beeld van de heilige Franciscus van Assisi, wat een stereotype evangelische misschien niet zou doen. Zo dichtbij het katholicisme plaatste dit me ook weer niet: later kwam ik erachter dat het beeld niet van Franciscus maar van Antonius was. Wist ik veel. Ik profileerde mezelf als insider én outsider: ik kondigde aan het begin van mijn onderzoek aan biddend en meevierend te gaan onderzoeken, maar ook mensen uitgebreid te gaan interviewen. Mensen herkenden outsider-elementen (“waarom ging je niet ter communie?”), maar lieten me als een soort vaste bezoeker en vrijwilliger ook na de kerstnachtdienst bij de deur kaartjes uitdelen aan de katholieken: voor sommigen van hen misschien op de enige dag in het jaar dat ze in de kerk kwamen. De organist die al twintig jaar elke zondag in de Lucas speelt is trouwens calvinist. Dus was misschien het belangrijkste outsider-element mijn beperkte ervaring daar, en niet zozeer mijn niet-katholiek zijn?

In mijn onderzoeksverslag zal ik schrijven over wat ik mensen heb zien doen, de verhalen die ze mij hebben verteld, en wat ik heb gevonden in verschillende geschreven bronnen. Ik zal het verhaal schetsen van de mensen in de kerk, de kerk in de wijk, en de kerk in het Nederlands katholicisme. Ik moet nadenken over hoe mijn persoonlijke betrokkenheid en academische oriëntatie hebben bijgedragen aan de inzichten die ik de afgelopen maanden heb opgedaan, en hoe ze een belemmering zijn geweest. Bijvoorbeeld, soms droegen mijn misverstanden of vergissingen op een indirecte manier bij aan het begrijpen van de Lucaskerk-bezoekers; door hun reacties. De kunst is een balans te vinden tussen recht doen aan mijn onderzoeksvraag, over de invulling van feest en rituelen, en de verscheidenheid van mijn informanten en hun ervaringen: de vrouw die mijn koffiemok bleef bijvullen, de man die me over karma vertelde, het oude vrouwtje dat mij (de student) vroeg of ik wel eens dronken ben geweest, en de bejaarde pastor die tijdens de communie (waaraan ik niet deelnam) mij met een vrolijke, glanzende blik een gerimpelde, hartelijke hand gaf.

Zeger Polhuijs is derdejaars antropologiestudent aan de Vrije Universiteit en heeft onderzoekstage gelopen bij het Meertens Instituut.

One Comment

  1. drs ing Henk Uijttenhout drs ing Henk Uijttenhout

    Leuk om deze impressie te lezen. Ik volg de postdoc opleiding en ben bezig met een thuisopdracht van prof. dr. Marcel Veenswijk over Cultuur(verandering) en interventie. De parochie, waar ik bij de inwijding in 1957 tevens met een buurmeisje eerste Communie deed, wordt samengevoegd en het gebouw is intussen gesloten. De pastores hebben een programma georganiseerd. Trefwoorden: Van emotie, verdriet, afscheid, loslaten, naar omslaan (van de bladzijde?), overgang, spannend, nieuwe verwachting. Om uit te komen bij: verder, en weer thuiskomen. In de katholieke kerk vind je meer symbolen en heiligen (personen uit de christelijke geschiedenis), die je mentale kracht kunnen geven. Of het Anthonius of Franciscus is, doet niet zoveel ter zake! Succes met je studie.

Your email address will not be published. Required fields are marked *