Door Rik Adriaans Het is een ongebruikelijk beeld in de Armeense hoofdstad Jerevan: op een steenworp van het centrale plein worden demonstranten met Oekraïense vlaggen door de politie gearresteerd en in gepantserde busjes verscheept. De arrestaties vinden plaats naar aanleiding van het staatsbezoek van de Russische president Vladimir Poetin. Hoewel er geen vergunning is toegekend zijn er toch enkele honderden demonstranten afgekomen op een protestmars georganiseerd door de beweging ‘Eerbiedwaardig Armenië’ en is er een breed spectrum aan politieke kleuren te zien. Zo wordt er naast de Oekraïense vlaggen voor het eerst in de geschiedenis van het voormalige Sovjetland de regenboogvlag getoond en is er zelfs een demonstrant met een anarchistenvlag. Terwijl de Maidan-protesten in Kiev veelal uitgesproken pro-Europees zijn, is de stemming hier vooral tegen Rusland; de jonge demonstranten tonen borden met teksten als “Stop de Russische kolonisering” en “Geen tweede Sovjet-Unie”.
De protestmars had tot het overhandigen van een manifest bij het presidentieel paleis moeten leiden, ware het niet dat de protestmars al snel door de politie wordt stilgelegd. Enkele uren later word ik, als antropoloog voor mijn promotieonderzoek werkzaam in Armenië, zelf ook gearresteerd. Het feit dat ik met mijn vrienden in de buurt van het parlement loop blijkt reden genoeg om zonder enige verklaring van de stoep geplukt te worden. In het politiebusje wordt al snel duidelijk dat de agenten niet erg kieskeurig zijn: behalve zo’n twintig demonstranten en een journalist zijn er ook twee dames van middelbare leeftijd gearresteerd die toevallig in de buurt boodschappen aan het doen waren.
2 Comments