Skip to content

Van VMBO-kader naar een master Antropologie: Het verhaal van Rayn Ramkishun

Door Zoë Tjon A Ten

“Geinig, ik zal nooit weten wat die mensen hier doen, waar ze zich mee bezig houden, wat hun interesses zijn, hoe ze praten en hoe ze bewegen.” Dit dacht Rayn bij zichzelf toen hij als jongetje met de metro de VU passeerde. Het lag niet bepaald voor de hand dat hij jaren later een mastertitel in antropologie zou behalen. Hij zat op VMBO-kader en hing veel op straat in Amsterdam-West, de buurt waar hij opgroeide. Studeren leek hem toen nog te hoog gegrepen, en bovendien saai.

Sinds kort heeft hij die master echter wel afgerond. In zijn woning boven zijn kapperszaak ‘The Box’ vertelt hij enthousiast zijn verhaal. Over zijn studie, zijn kapperszaak, hoe hij beide samen wist te brengen, en het traject er naar toe.

Hoe ging het dan verder na de metrorit? Eerst woonde Rayn vier jaar in Suriname, waar zijn roots liggen, en terug in Nederland rolde hij het kappersvak in. Dit was niet gepland. Hij begon met het knippen van zijn eigen haar, omdat de kappers in Nederland zo duur waren. Maar hij werd steeds beter in zijn hobby en begon ook klanten te knippen. Uiteindelijk opende hij kapperszaak The Box, een ‘man cave’ in een garagebox waar hij mannen uit de buurt knipt.

Hoewel je zou denken dat hij te druk was om te studeren, ging het met zijn schoolcarrière in deze periode juist beter. Hij ging naar de MAVO, klom op naar de HAVO, om vervolgens naar het volwassenonderwijs te gaan. Plotseling was de VU niet meer zo ver weg, en begon Rayn lol te krijgen in het leren. Het moment diende zich aan dat hij de VU bezocht voor een Open Dag. Zijn keuze viel op antropologie, omdat de stof van de studie hem erg aansprak. Een duidelijk beeld van de toekomst, of van de studie, had hij nog niet. Maar de stof leek hem erg interessant, en hij wilde graag ‘ooit iemand ergens helpen’.

Zijn studie was wel even wennen en hij moest hard werken. Hij moest discipline opbrengen om zijn studiepunten te behalen. Tijdens zijn bachelor werkte hij namelijk nog steeds fulltime in The Box. “Op straat hangen zat er niet meer in. Opeens zat ik in de schoolbanken met veel white people. En als mijn huisgenoten of medestudenten een ‘jonko’ (een joint/wiet) gingen roken moest ik door naar het werk.” De overgang van op straat hangen en keihard studeren in een andere cultuur en omgeving was groot, vertelt hij.

Maar dit harde werken was het dubbel en dwars waard. Niet alleen heeft hij nu zijn studieschuld al afgelost, ook vond hij de studie amazing. “Een van de beste beslissingen die ik ooit heb genomen”, vertelt hij. Hij vond de overvloed aan energie heerlijk, en vond het een verademing om na jaren gewerkt te hebben eindelijk weer klasgenoten te zien. Discussies die gevoerd werden in de les en de verschillen in culturen spraken hem erg aan. De keuze om erna ook de master Antropologie te gaan volgen was dan ook snel gemaakt.

Tijdens zijn master combineerde hij antropologisch onderzoek met zijn kapperszaak, om antropologie zo “dicht bij zichzelf houden”. Zijn onderzoek, over mannelijkheid, kreeg de naam: “Big talks, small places: a barbershop in Amsterdam where men talk about everything it means to be a man.” Hij sprak met mannen tussen de 16 en 32 jaar, die vaak – net als hijzelf – een multiculturele achtergrond hebben. “In veel culturen is het niet mannelijk om over je gevoel te praten en naar een psycholoog gaan al helemaal niet, terwijl machogedrag vaak juist wel als mannelijk wordt gezien”, vertelt Rayn.

In de ongedwongen privésfeer van The Box kwamen gesprekken over zulke onderwerpen echter wel op gang. Vaak begon een gesprek heel luchtig, over hoe hun dag eruit zag. Maar al gauw kwamen thema’s als oprechtheid, hoop en angst naar boven, net als onderwerpen als geloof, of trauma’s die ze moesten verwerken. Door zijn onderzoek in The Box ziet Rayn dat de betekenis van masculiniteit verandert. Hij vertelt dat de mannen zachter en feministischer worden, en meer respect hebben voor het vrouwelijke.

Rayn’s toekomstplannen zijn groots. Na een rondleiding in The Box vertelt hij mij dat hij in de toekomst misschien bij de Verenigde Naties wil gaan werken. Ook is hij momenteel twee wetenschappelijke artikelen aan het schrijven, over haarstijlen en over zijn onderzoek in The Box. Maar als hij ergens zijn levenswerk van wil maken zijn het mensen en het begrip tijd. Doen mensen met hun tijd dingen waar ze blij van worden? Want zoals hij zelf zegt: “Tijd is onze kostbaarste investering.”

Zoë Tjon A Ten is vierdejaars Bachelor student Culturele Antropologie aan de Vrije Universiteit, en lid van het sociale media team van de afdeling.

One Comment

  1. Joost Joost

    Goed bezig.

    Ik kom ook van VMBO-4 en heb nu mijn master in antropologie.

Leave a Reply to Joost Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *