Skip to content

Wie telt mee in Myanmar?

Myanmar 1Door Maaike Matelski. In Myanmar (voorheen Birma) vindt momenteel een nationale volkstelling plaats. Deze blijkt zeer controversieel, ondanks de dringende behoefte aan betrouwbare statistieken na vijftig jaar militaire dictatuur. De onduidelijkheid over het aantal inwoners vergrootte bijvoorbeeld de twijfel over de uitslag van de eerste verkiezingen in decennia in november 2010, die uiteindelijk zouden leiden tot een formeel einde van het militaire regime. Hoewel de behoefte aan demografische cijfers binnen en buiten het land erkend wordt, is er momenteel weinig enthousiasme voor de census meer te vinden onder de Birmezen. De volkstelling,  grotendeels gefinancierd door de Verenigde Naties en een aantal Europese landen, brengt namelijk oude en nieuwe spanningen onder de bevolking aan het licht.

De oorsprong van deze gevoeligheden ligt in de koloniale tijd. De Britse overheersers die tot 1948 aan de macht waren benadrukten het onderscheid tussen de diverse etnische groepen, waarbij ze bepaalde minderheidsgroepen bevoordeelden. Dit versterkte onder de Birmaanse meerderheidsgroep de nationalistische gevoelens ten opzichte van de kolonisatoren, maar ook gevoelens van vijandigheid en superioriteit ten opzichte van de etnische minderheden die de kant van de Britten kozen. Ondanks de toezegging van gelijke rechten en zelfbeschikking ten tijde van de onafhankelijkheid bleef de relatie tussen de Birmanen en de etnische minderheden gespannen. De politieke en soms gewapende strijd van de etnische minderheden duurde voort tijdens de militaire dictatuur. Sommige vredesonderhandelingen zijn tot op de dag van vandaag gaande, en in bepaalde grensgebieden maken minderheidslegers feitelijk de dienst uit.

De Kachin, afkomstig uit het noorden van Myanmar, vormen een van de meest actieve oppositiegroepen. In 2010 weigerden zij akkoord te gaan met een vredesakkoord onder voorwaarden van de militaire regering, wat leidde tot uitsluiting van Kachin partijen in de verkiezingen van 2010.  In 2011 laaide het gewapende conflict in de Kachin regio opnieuw op, en veel Kachin verblijven nog altijd in vluchtelingenkampen. Het risico dat hun aandeel in de bevolking niet objectief zal worden vastgesteld heeft diverse Kachin organisaties doen besluiten om geen medewerking te verlenen aan de volkstelling in hun gebied. Als het verloop van de telling dus iets zal vaststellen, zo merkte een activist op, dan is het in welke gebieden de regering het daadwerkelijk voor het zeggen heeft.
Minderheidsgroepen met een minimum aandeel van 0,1% van de bevolking hebben recht op gegarandeerde vertegenwoordiging. De volkstelling heeft daarmee grote politieke betekenis. Bovendien wordt er gezien de timing vanuit gegaan dat de uitslag als basis zal dienen voor de nationale verkiezingen in 2015. Bij de vorige verkiezingen in 2010 was sprake van veel misstanden, zoals onvolledige stemregisters en valse stemmen vanuit het buitenland. Nog steeds verblijven enkele miljoenen Birmezen buiten de grenzen als migrant of vluchteling. Ook voor hen is niet altijd duidelijk in hoeverre zij zullen worden meegeteld.

Naast de kwestie van aantallen speelt ook de vraag hoe mensen zichzelf identificeren. Sommige groepen worden bijvoorbeeld door de overheid tot een bepaalde etniciteit gerekend, maar rekenen zichzelf tot een andere (sub)groep. Anderen vrezen juist dat hun groep zal worden opgedeeld in kleinere subgroepen, waarmee hun politieke positie verzwakt wordt. Voor individuen die zich niet kunnen identificeren met een van de voorgestelde categorieën is de optie ‘overigen’ aangemaakt. De vraag is echter hoe deze categorie vervolgens geïnterpreteerd zal worden. Internationaal is het controversieel om mensen te registreren op basis van etniciteit en religie. Bovendien kan elke Birmees maar één nationaliteit kiezen. Dit gaat in tegen de zelfidentificatie van vele Birmezen, die juist trots zijn op hun gemengde afkomst. Myanmar 2

Hoewel de laatste volkstelling stamt uit 1983, wordt de volkstelling door de Britten uit 1931 vaker aangehaald. De bevolking werd toen verdeeld in 135 etnische groepen. Dat aantal lijkt hoog; toch voelden diverse minderheids-groepen zich niet erkend. Dit gevoel werd versterkt door een omstreden wet uit 1982 waarin formeel werd vastgelegd wie zich wel en niet kon beroepen op Birmees burgerschap. Groepen waarvan verondersteld werd dat ze voor de koloniale tijd niet binnen de huidige landsgrenzen verbleven werden gereduceerd tot ‘associate citizens’; een voorwaardelijk burgerschap zonder stemrecht, recht op hoger onderwijs, of recht op publieke functies. De groep die bekend staat als Rohingya, een islamitische minderheid uit het westen van Myanmar, werd helemaal niet erkend als etnische groep. Zij werden door de militaire regering als migranten uit Bangladesh gezien, en worden door veel Birmezen aangeduid als Bengalen. De burgerschapswet van 1982 maakte hen formeel stateloos, met vergaande restricties tot gevolg. Zo hebben zij tot op de dag van vandaag beperkt toegang tot identiteitsdocumenten en hebben zij toestemming nodig om te reizen en zelfs om in het huwelijk te treden . Een dieptepunt in de geïnstitutionaliseerde discriminatie betreft een onlangs ontworpen wetsvoorstel dat huwelijken tussen mensen van verschillende religies moet inperken.

De politieke transitie in Myanmar sinds eind 2010 heeft de positie van de Rohingya niet verbeterd. Integendeel, een groep nationalistische Boeddhisten (al dan niet gesteund door de huidige regering, die grotendeels bestaat uit voormalige en huidige militairen) verzet zich nu actief tegen burgerrechten voor deze groep, met gewelddadige incidenten tot gevolg. Sinds 2012 zijn bij diverse incidenten meer dan 200 mensen omgekomen, het merendeel Rohingya. Geschat wordt dat 140.000 Rohingya in slecht toegeruste vluchtelingenkampen verblijven, en velen kiezen voor een gevaarlijke vlucht over zee. Buitenlandse organisaties worden verweten Rohingya voor te trekken in hun hulpverlening, hoewel het er soms op lijkt dat hulp aan deze groep überhaupt niet geaccepteerd wordt. Aan Artsen Zonder Grenzen is om deze reden onlangs de toegang tot het westen van Myanmar ontzegd. Voorafgaand aan de volkstelling is een deel van de hulpverleners in dit gebied uit voorzorg geëvacueerd. Dit bleek geen overdreven reactie; afgelopen week nog werd een Westerse hulpverleenster aangevallen door een woedende menigte omdat ze een door hen geplaatste Boeddhistische vlag verwijderde van een gebouw van haar organisatie. Sindsdien richt de woede zich ook op andere Westerlingen in het gebied.

De groep Boeddhistische nationalisten strijdt bovendien al tijden tegen een categorie voor Rohingya in de volkstelling. Eerder beloofde de regering al dat zij slechts als ‘overig’ geregistreerd zouden worden. Inmiddels melden nieuwsbronnen dat mensen in de praktijk verboden wordt zichzelf als Rohingya te omschrijven. Wie dit wel doet wordt overgeslagen in de telling, en zou zelfs strafbaar kunnen zijn. Hiermee gaat de regering in tegen de belofte dat iedereen vrij is om zijn of haar eigen etniciteit te kiezen, en lijkt de volkstelling zowel lokaal als internationaal een teleurstelling te worden.

Voor de volkstelling is geld noch moeite gespaard. De vele tellers zijn uitgebreid geïnstrueerd, en de bevolking is via billboards en andere media opgeroepen om mee te werken. Het is dan ook duidelijk een prestigeproject voor de nieuwe regering. Vooralsnog lijkt het er echter op dat oude en nieuwe spanningen onder de bevolking hierdoor verder oplaaien. Zoals vaker in het huidige Myanmar-in-transitie wordt enthousiasme voor snelle vooruitgang verkozen boven een goed doordacht lange termijn plan, waarmee de complexe samenleving van – ongeveer – 60 miljoen inwoners wellicht beter af zou zijn.

Maaike Matelski is als promovenda verbonden aan de Afdeling Sociale en Culturele Antropologie van de Vrije Universiteit Amsterdam.

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *