Skip to content

10 search results for "lidewyde berckmoes"

“I want to be somebody before I die”: Een verslag van het seminar Migration, Marginalisation and (In)visibility

Een tijdelijke plaats: het vluchtelingenkamp Benaco in Tanzania. Bron: Flickr (met creative common license)
Een tijdelijke plaats: vluchtelingenkamp Benaco in Tanzania.
Bron: Flickr (met creative common license)

Rhoda Woets met bijdragen van Nina Leatemia, Aafke Hoekstra en Viane Towo. Hoe kan een focus op ‘(In)visibility’ nieuwe inzichten geven in de concepten migratie en marginalisatie? Dit was de hoofdvraag van het seminar over Migration, Marginalisation and (In)visibility dat plaatsvond op donderdag 13 februari 2014. Dit seminar werd georganiseerd door de afdeling Sociale en Culturele Antropologie van de VU naar aanleiding van de promotie van Lidewyde Berckmoes. Zoals de titel aangeeft, was één van de centrale thema’s de (on)zichtbaarheid van gemarginaliseerde groepen. Prof. dr. Henrik Vigh verbonden aan de Universiteit van Kopenhagen, besprak de relatie tussen (on)zichtbaarheid, onzekerheid en sociale interactie in zijn onderzoek naar jongeren in Guinee-Bissau en migranten uit dit West Afrikaanse land in Lissabon en Parijs. De eerste spreker, dr. Simon Turner van de Universiteit van Aalborg, sprak over Burundische vluchtelingen in Tanzania en Kenia.

Eén van de centrale vragen in Simon Turner’s presentatie was hoe vluchtelingen gebruik maken van ‘tijdelijke’ plaatsen zoals vluchtelingenkampen in Tanzania. Maar hij onderzocht ook het leven van gevluchte Burundiërs in de hoofdstad van Kenia, Nairobi, om te kijken of er verschillen zijn tussen deze twee situaties. Hij komt tot de conclusie dat men op beide plaatsen moet navigeren tussen vormen van zichtbaarheid en onzichtbaarheid. Hieraan voegt hij echter ook meteen toe dat de vormen van (on)zichtbaarheid sterk van elkaar kunnen verschillen per omgeving en situatie. In het kamp in Tanzania zijn vluchtelingen aan de ene kant ‘weggestopt’ van de rest van de wereld, afgesneden van het gewone leven, maar aan de andere kant staan ze juist op de radar van internationale hulporganisaties. Dit maakt deze vluchtelingen tegelijkertijd zichtbaar en onzichtbaar; zichtbaar voor de media en de rest van de wereld maar onzichtbaar als individuen. Zo geeft Sam, een vluchteling in Nairobi, aan dat ‘een verblijf in een kamp je beperkt, dat je niet vrij kunt zijn en dat je er vergeten kunt worden.’ Daarom wonen hij en zijn familie in Nairobi. Hier kunnen ze zich voorbereiden op een toekomst in Burundi. Of om zijn woorden te gebruiken; ‘ik wil iemand worden voordat ik dood ga.’ Burundische vluchtelingen in Nairobi zijn wel zichtbaar binnen de Keniaanse samenleving, maar omdat zij geen papieren hebben, zijn zij juist ook een gemarginaliseerde groep en dus een grotendeels ‘onzichtbaar.’ Helaas leest Turner zijn- interessante- tekst voor en mijn gedachten dwalen af. Ik heb zin om naar hem te zwaaien: hallo! Wij zitten hier!

Leave a Comment

“Il est beau mon pays Burundi”

DSC00564Door Lidewyde Berckmoes – Het is nu ruim twee jaar geleden dat ik mijn veldwerkonderzoek in Burundi afrondde. Maar de situatie van onveiligheid, onzekerheid en kwetsbaarheid die ik beschrijf in mijn proefschrift, lijkt nog steeds aan de orde van de dag.

Terwijl ik bezig ben met de voorbereidingen voor de verdediging van mijn proefschrift op 14 februari, bereikt mij het nieuws over nieuwe rampspoed in de wijken van mijn onderzoek. Jongeren uit die wijken sturen me berichtjes via Whatsapp en Facebook om te laten weten dat het in de nacht van 9 op 10 februari zo hard heeft gestortregend dat huizen en wegen zijn ingestort, en mensen, veel kinderen, zijn weggesleurd in de regen en modder: “Hey Lide, gisteren regende het en mensen zijn gestorven. Meer dan 50”; “Godzijdank zijn we gespaard gebleven, maar het is een catastrofe. We weten niet wat te zeggen”; “Onze buurvrouw is haar 3 kinderen verloren”; “Een vriend heeft zijn familieleden verloren, alle 12.”

4 Comments

Some Thoughts on 50 Years of Independence in Burundi

Colloquium in Brussels to celebrate 50 years of Independence of Burundi (picture by Lidewyde)

By Lidewyde Berckmoes Two weeks ago I was invited to give a talk in a colloquium organised in Brussels in light of the 50 years of Independence of Belgium’s former colony. The colloquium, with the title ‘at the cross-roads,’ was organised in the beautiful Palais d’Egmont, giving the meeting a very formal but also celebratory aura. Speakers and guests invited were mostly prominent Belgian and Burundian diplomats, scholars, and civil society representatives: for instance, two former presidents, the ambassador, and a professor who has been publishing about Burundi since the 1960s. I was well aware of my somewhat different standing, but felt honoured to be one of the speakers. Finally, I thought, I could share my research findings on the predicaments of youth with people who may actually have some influence in Burundi!

Excited about my upcoming adventure in Brussels, I was chatting about it with a few of my youth interlocutors over the internet. One of them, a very talented young student, answered to my question on what I should not forget to say in my presentation: “I hate the idea that people in Europe think that Burundian youth do not like to work. If some of us steal or kill, it is to survive! It is hard to find a job in Buja (Bujumbura)!”

Leave a Comment

Beter lijden dan sterven in Burundi

door Lidewyde Berckmoes Het is lange tijd stil geweest rondom Burundi, in de Nederlandse kranten en ook op Standplaatswereld. De aanleiding van het doorbreken van deze stilte is helaas treurig. Zondagavond zijn er in een bar in Gatumba niet ver van de hoofdstad Bujumbura 36 mensen (laatste telling) vermoord.

Het nieuws bereikte me via Jean-Marie, één van de jongeren uit mijn onderzoek in Burundi. Zondagavond stuurde hij me een mailtje als antwoord op mijn vraag hoe het met hem ging:  “Ik weet niet hoe ik het moet zeggen, zojuist ook, 2 uur geleden, ben ik mijn neef in Gatumba verloren, samen met meer dan 40 andere personen. De situatie is erg.”

“De regering houdt vol: Er is geen rebellenbeweging. Er is geen oorlog. Er komt geen onderhandelingstafel.”

Bubanza, een van gebieden waar de onveiligheid groot is (door Lidewyde)

De aanslag komt in een periode van ‘relatieve vrede’. Verkiezingen in 2005 markeerden het begin van een transitieperiode die het land uit een 12-jaar durende burgeroorlog moest trekken. Vorig jaar, in 2010, vonden verkiezingen plaats die de transitie naar een land in vrede verder moest bestendigen.  De aanslag van afgelopen zondag laat op harde wijze zien dat dat idee te optimistisch was.

Leave a Comment

Bonte en bedwelmende antropologie in Burundi

Door Lidewyde Berckmoes Mijn tweede week in het veld. Ik lees een paar bladzijden van Law in a Lawless Land, Diary of a Limpieza in Colombia van de antropoloog Michael Taussig. Beperkt internet en geen tv zorgen ervoor dat ik eindelijk toekom aan de boeken die al weken op me wachten.

Leave a Comment

Hoe bereid je je voor op oorlog?

Steminkt

Lidewyde Berckmoes doet onderzoek met jongeren in Burundi. Eind mei vonden er de gemeenteverkiezingen plaats. Tegen de verwachtingen in, leden oppositiepartijen een grote nederlaag, waarop zij zich terugtrokken uit de presidentiële verkiezingen van twee dagen geleden. Zij wilden niet deelnemen aan oneerlijke, ‘gestolen’, verkiezingen. In het land is het sindsdien onrustig. Gelaten wacht iedereen af wat de toekomst brengt. Oorlog, dictatuur, of is er toch nog kans op  vrede en democratie?

Sinds kort heb ik het gevoel dat ik een vreemde ben in dit land. Ik ben mijn feeling kwijt met wat er speelt. Het begon op de dag van de start van de presidentiële verkiezingscampagne, ongeveer 2 weken geleden. Ik zat bij een Ethiopisch restaurantje met wat vrienden toen de eerste smsjes over granaataanvallen in de stad binnenkwamen.

2 Comments

Rondleiding in Ruyigi: wat je niet ziet

Jongen met handelswaar op Mphungwe berg (foto's: Lidewyde Berckmoes)

Door Lidewyde Berckmoes

Onze verkenning van Ruyigi (Burundi) start vanuit  het hotel. Bijna vier en een half jaar geleden, toen ik met een convooi terugkerende vluchtelingen meereisde van het kamp net over de grens in Tanzania, verbleef ik ook in dit hotel, in dezelfde kamer zelfs. Dat is toevallig, maar geen wonder als je bedenkt dat Ruyigi, de hoofdstad van de gelijknamige provincie, eigenlijk een heel kleine plaats is. De jonge man die ons de afgelopen dagen op onze onderzoeksmissie in de omliggende ‘collines’ heeft rondgereden, had, na mijn nieuwsgierige vragen over zijn jeugd in Ruyigi tijdens de oorlog, voorgesteld mijn onderzoeksassistente en mij op deze mooie zondagochtend rond te leiden. Het zou niet alleen een rondleiding worden langs wat er nu te zien is, maar vooral langs wat er niet te zien is en wat de mensen doen alsof ze zijn vergeten – dat wat tijdens de oorlog gebeurd is.

1 Comment

Vergeten we Burundi?

DSC01950

 Door Lidewyde Berckmoes

 

Vanmorgen kreeg ik weer een mailtje van één van de Burundese jongeren die ik deze zomer heb leren kennen in mijn onderzoek. Benoit is een trouwe mailer. Gemiddeld 1 keer per twee weken stuurt hij me een groet. Diezelfde trouw denkt hij niet van mij te kunnen verwachten, al mail ik iedere keer terug. Zijn e-mails beginnen standaard met: “Hallo! Waarom die stilte? Je bent me vergeten.”

4 Comments

Jongeren in Burundi(2): over demobilisatie en (on)vrede

Bujumbura, Burundi (foto Lidewyde Berckmoes)

In oktober 1993, drie maanden na de presidentiële verkiezingen in Burundi, werd de president vermoord. In het kleine Afrikaanse land begon toen een burgeroorlog die anderhalf decennium zou duren. Anno 2009 is er geen oorlog in Burundi. Of er vrede is, is een kwestie van interpretatie. Of de oorlog tot de verleden tijd behoort, is speculatie.
3 Comments

Jongeren in Burundi(1): Bakstenen en Wantrouwen

 

Jongeren met kruiwagens

Bujumbura Burundi – Iedere ochtend rond half 8 stromen de zandwegen in de noordelijke wijken van Bujumbura vol met honderden jongeren met kruiwagens vol scheppen, spitten en emmers. ‘Wij nemen de weg over,’ roept één jongen lachend. Kleine kinderen staan gefascineerd aan de kant van de weg te kijken naar het schouwspel. Als ze de enkele blanke vrijwilliger ertussen zien lopen gillen ze in koor: “mzungu bonbon, mzungu bonbon”. De kinderen zijn onvermoeibaar. Iedere ochtend vindt hetzelfde ritueel plaats.

In groepen van 18 gaan de jongeren naar verschillende lapjes grond om bakstenen van modder te maken. De grond behoort toe aan de meest kwetsbaren uit de wijken: weduwen of vluchtelingen die na jaren asiel in Tanzania, Kongo of Rwanda zijn teruggekeerd naar Burundi. Met de stenen kunnen zij een huis bouwen. Ondertussen leren de jongeren met elkaar samenwerken en samenleven. Dat is het doel van het project dat iedere zomer weer georganiseerd wordt door het jeugdcentrum Centre Jeunes Kamenge.

5 Comments

Can't find what you're looking for? Try refining your search: