Door Ton Salman – Onlangs, op 25 november 2024, is in de Tweede Kamer een motie aangenomen waarin de regering wordt verzocht “om gegevens over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een…
Leave a CommentTag: Nederland
Door Wiebe de Jong – Een aardverschuiving in de Nederlandse politiek, radicaal-rechts krijgt voet aan de grond in de polder, Nederland neemt een ruk naar rechts. Dit zijn enkele van de headlines in buitenlandse kranten…
4 CommentsDoor
In het kader van ‘onderzoek om de hoek’ kom ik nog een keer terug op mijn veldwerkexcursie naar de Huishoudbeurs van afgelopen februari. In mijn vorige blog omschreef ik deze ‘grootste braderie van Nederland’ als een voor de antropoloog interessante event omdat de beurs in feite een geconcentreerde uitstalling is van allerlei vormen van alledaagse cultuur in Nederland. Veel zaken die in het dagelijks leven een rol spelen en juist door hun alledaagsheid nauwelijks opvallen worden op de Huishoudbeurs ‘uitvergroot, uitgelicht en op een voetstuk geplaatst’. Voor de meeste bezoekers spreekt de invulling en inrichting van de Huishoudbeurs voor zich. Het antropologisch oog kan hier echter een vorm van exotisering in zien: het proces van overdrijving dat helpt om de vanzelfsprekendheid van het alledaagse (ook wel: het gewone, normale, natuurlijke, gebruikelijke) in nieuw licht te bezien, en wel, om te beginnen, door het impliciet gewone expliciet te maken. Bij nadere beschouwing blijkt dan dat wat vaak zo alledaags is dat het nauwelijks opvalt, op allerlei manieren verbonden is met moeilijk zichtbare politieke en economische krachten. De vraag is dus in welke gedaantes het gewone zich op de Huishoudbeurs manifesteert als een relevante maar lastig te vatten dimensie van alledaagse cultuur.
Eén stand op de Huishoudbeurs kwam er gewoon voor uit: in een hoge, luchtige, oranje constructie stond: ‘Nederland houdt van g’woon’ (zonder e en zonder hoofdletter, spreek uit: gewoon). Het bleek te gaan om het gezamenlijk huismerk van twaalf kleinere supermarktketens. Anders dan de retoriek afgelopen jaar van een aantal politieke partijen over ‘de gewone Nederlander’, was g’woon mij geheel ontgaan. Kennelijk koop ik bij de ongewone supermarkt. En kennelijk vissen politiek en supermarkten in dezelfde vijver, puttend uit hetzelfde reservoir van stereotypen en emotioneel geladen aannames over het nationale zelfbeeld van ‘de Nederlander’.
1 CommentDoor
Door
Halsema zegt in eerste instantie zinnige dingen. Zo begint ze haar relaas dat er in Nederland vooral ‘over’ moslima’s gesproken wordt, dat moslima’s zelf onzichtbaar zijn en dat zij ze daarentegen een stem wil geven. Kortom, deze witte seculiere feministische vrouw biedt wel een podium aan moslima’s. Het klinkt misschien wat maternalistisch, maar och, Rome is ook niet in één dag gebouwd. We moeten deze documentaireserie een kans geven en niet meteen in cynisme vervallen.
Als kijker – vooral Marokkaanse moslima’s om wie het allemaal toch lijkt te draaien – zijn we natuurlijk benieuwd naar de stem van ‘de’ moslima. Maar al gauw lijkt het programma daar niet over te gaan. Uiteraard komt er wel een ‘moslima’ in beeld, maar haar stem horen we nauwelijks. Het is Halsema’s stem die daar steeds –peinzend, vragend, giechelend, verdrietig, en stout- overheen walst. Het programma gaat namelijk vooral over Halsema, die al vanaf de lagere school (toe maar!) een liberale en ideologische opvatting over emancipatie had. Het gaat over Halsema’s atheïstische vrijgevochten opvoeding en, inderdaad zoals ze zelf eerlijk toegeeft, haar vooroordelen. Die worden niet ontkracht zoals verwacht. Integendeel, ze staan centraal in het programma en díe vooroordelen worden nu juist net als meetlat gebruikt om de stemmen van moslima’s in te kaderen.
3 Comments Door Matthias Teeuwen. Elke woensdag een ochtendje Nederlands leren. Dat staat je te wachten als je wilt inburgeren in Nederland. En de Nederlandse taal is geen makkelijke taal. In februari besloten wij, acht eerstejaars (en nu tweedejaars) studenten antropologie op de VU, de inburgeringscursus als onderwerp voor ons kleinschalige onderzoeksproject te kiezen. We wilden in ons onderzoek de kant van de inburgeraar belichten. Wat zijn de ervaringen van iemand die moet inburgeren? Wat vindt hij of zij van de lessen en van de docenten? En belangrijker nog, hoe helpt alles wat hij/zij leert met het integreren in de Nederlandse samenleving? De centrale vraag voor ons onderzoek was: Hoe draagt de inburgeringscursus bij aan het inburgeren van immigranten in Amsterdam?
Om deze vraag te beantwoorden hebben we instanties benaderd die inburgeringscursussen aanbieden. Het was niet makkelijk om toegang te krijgen maar gelukkig reageerden een aantal instanties positief. We mochten bij de lessen aanwezig zijn, en hebben met de deelnemers gesproken. We kwamen er al gauw achter dat de cursussen er heel divers uit kunnen zien, en dat de cursisten heel verschillende niveaus kunnen hebben. Sommige cursisten wisten nog helemaal niets van de Nederlandse taal toen ze met de cursus begonnen, en andere cursisten hadden al een beetje affiniteit met de Nederlandse taal. Voor de docenten is dat niet makkelijk want alle cursisten hebben persoonlijke aandacht nodig. Tijdens ons onderzoek hebben we ook een beetje aan “participerende observatie” gedaan: we mochten de cursisten helpen met hun opdrachten en oefeningen. De cursisten moeten uiteindelijk niveau A2 behalen om het inburgeringsexamen te kunnen maken. Dit examen bestaat uit drie onderdelen: lezen, luisteren en schrijven. Deze drie onderdelen worden elektronisch afgelegd. Verder zijn er nog de onderdelen Kennis Nederlandse Samenleving en de Toets Gesproken Nederlands.
Leave a CommentBy
It became clear that the ritual had commenced when a Catholic Priest dressed in traditional white and gold robes came to the fore at the dark, cold construction site reaching 25 meters underground. He started by imparting the significance of the ritual he would perform, while presenting a statue of Santa Barbara; a Patron Saint acknowledged by the Catholic Church as the protector of harm and later espoused by mine and tunnel workers for this very purpose. He explained that even though he would physically bless the statue and the machine, he would emblematically yet truly be blessing the tunnel workers who necessitated protection.
1 Comment
Image
By Tarryn Frankish Globally, the question of how to deal with the ‘dirty business’ of keeping things clean remains pertinent. In this blog I look to South Africa for insight into these questions as strikes around the globe by cleaning staff force us to think about the politics and ethics of keeping things clean elsewhere.
As a Desmond Tutu scholar, working at the Vrije University in Amsterdam in the Netherlands and the University of the Witwatersrand in South Africa I have the unique opportunity of spending time in two countries as I work towards my doctoral degree. My first trip to Amsterdam coincided with a strike by cleaning services in May 2010. More recently, as I was leaving Amsterdam in February 2012, the working conditions of cleaning staff were again in question. This question resonates with what I have come to know in South Africa. Striking similarities in the way ‘cleaning’ is organised in the Netherlands and South Africa became apparent to me during my stays despite the contextual differences between the two countries, wherein cleaning work is performed and negotiated. The situation in South Africa (and some of the similarities witnessed in Amsterdam) suggests much for thinking about the politics and ethics of keeping things clean in a global context.
Door
In de zomer van 2010 heb ik mijn scriptie ingeleverd als afronding van mijn Master Culturele Antropologie. Toen begon het, het zwarte gat. Dag in, dag uit was ik bezig geweest met die scriptie en had ik mezelf maar weinig rust gegeven. Ik vond het schrijven geweldig, alle herinneringen aan mijn afstudeeronderzoek in Suriname heb ik hierdoor telkens weer opnieuw beleefd. Maar nu was ik klaar. Suriname klaar, scriptie klaar, studeren klaar. Wat nu?
3 Comments